De Halfautomatische Troostmachine

Gepubliceerd op 1 oktober 2023 om 13:14

Vandaag was ik bij de berenkuil in het stadspark. Een béétje Maastrichtenaar weet nu meteen waar ik was, hoewel er in de verste verte geen beren meer te bekennen zijn in het Aldenhofpark aan de rand van het stadscentrum. De betonnen berenkuil is er wel nog. Het leven was er kaal, vies en beeronvriendelijk, volgens velen. En het stonk er behoorlijk. De laatste beer die er zijn rondjes draaide, was bruine beer Jo. Op een dag in het jaar 1993 had beer Jo mazzel, toen mocht hij naar Ouwehands Dierenpark in Rhenen. Daarna bleef de berenkuil een hele tijd leeg.

In het kunstwerk 'De half-automatische troostmachne' in stadspark Maastricht aait een dame een giraffe in een berenkuil

Aaien maar...
In 2001 realiseerde Heerlenaar Michel Huisman een kunstwerk in het lege onderkomen van de beren: op het verhoogde middenstuk van de kuil aait een jonge vrouw het hoofd van een liggende giraffe en in de ooit met water gevulde cirkelvormige greppel staan twaalf beelden van uitgestorven diersoorten waaronder de lachuil, de blauwbok en de rozekopeend. Het werk kreeg een mooie titel mee: De Halfautomatische Troostmachine. Het halfautomatische zit ‘m in de mechaniek die de hand van de strelende vrouw aandrijft, daar kan de bezoeker zelf voor zorgen: op de stoel naast de kuil gaan zitten, loopbewegingen maken, draaischijf onder stoel draait, vrouwenhand streelt. Helaas is de mechaniek al lange tijd niet meer functioneel.

De beer is los
Nou was de berenkuil in de tijd van de levende beren al vaak genoeg onderwerp van gesprek, maar met dit ontwerp was de beer pas echt goed los. Er ging een hoop gesteggel vooraf aan de uiteindelijke goedkeuring. Voornaamste kritiek: het is toch geen giraffenkuil! Huisman voegde uiteindelijk op eigen kosten een treurende bronzen beer Jo toe, zittend op een bankje even verderop.

Verbonden
Hoe mooi is het dan toch dat een in den beginne zo controversieel kunstwerk de nodige samenwerking tot stand heeft gebracht. Zo voorzagen studenten Mode van de Maastricht Academy of Fine Arts and Design de vrouw regelmatig van een nieuwe jurk. De laatste keer dat ik er was droeg ze een metalen draadjurkje. Stond beeldig. Diverse keren waren er giften, donaties en subsidies om het werk op te knappen, of om de gestolen bronzen beelden van uitgestorven diersoorten te vervangen. Raar, ontroerend, wereldvreemd of juist de kern rakend, de meningen over het werk zijn uiterst verdeeld, maar er zijn weinig Maastrichtenaren die zich niet verbonden voelen. Het ráákt je, hoe dan ook. Kom je nietsvermoedend de bocht om vanaf de Tongersestraat, dan sta je echt wel even met je ogen te knipperen. Oh my god, wat hebben we hier? De weeë blik van de vrouw. De giraffe die zich gewonnen geeft. Of gewoon geniet van de strelingen. Of, nee toch, is hij dood?

Oogverblindend
Dat de vrouw niet alleen troost biedt aan de giraffe, maar dat het hele kunstwerk troost biedt aan iedereen die daar open voor staat, wordt afgelopen jaren wel duidelijk. Beer Jo heeft inmiddels nieuwe klauwen gekregen, mensenhanden deze keer, afgietsels van de handen van de kunstenaar. Zelfs in het bleke zonnetje blinken ze oogverblindend. Zo mooi gepolijst zijn ze, daar zijn een heleboel echte mensenhanden overheen geweest. Even vastpakken. Aaien. Een spatje troost in deze individualistische tijd. We aaien met liefde een bronzen beer met mensenhanden. Voelt ook goed. De troost volgt als vanzelf.